Mijn proces: 2020

2020 staat voor vele bekend als het jaar van Corona. Het jaar waarin vele vanuit huis werkte en de meeste gezinnen de persconferenties keken om zeven uur 's avonds. Bij mij thuis kwamen ook ik en mijn zusje thuis te zitten van school. Ook mijn vader kwam thuis te zitten alleen ging hij niet werken vanuit huis, maar zat hij in de ziektewet. Het zou niet al te goed gaan op het werk dus werd er gekeken wat er aan de hand was. 

Toentertijd was ik veertien jaar oud en spendeerde ik de meeste dagen achter mijn laptop. Ik deed een aantal uurtjes schoolwerk waaronder ik vaak face-timede met een goeie vriendin. Mijn moeder werkte in een verzorgingstehuis en was daardoor veel op haar werk, zeker tijdens de pandemie. 

Hierdoor was ik vaak alleen thuis met mijn jongere zusje van toen elf jaar oud en natuurlijk mijn vader. Ik wist dat er iets aan de hand was met mijn vader, maar ik kon er mijn vinger nog niet op leggen. Ik kon het merken aan de bezorgde blikken die mijn moeder naar mijn vader wierp of de luide gesprekken die mijn ouders hadden 's avonds wanneer ze dachten dat ik sliep.

Mijn moeder werkte al sinds haar zestiende met ouderen met dementie, waardoor mijn zusje en ik al sinds baby af aan op haar werk langs komen. Dementie is dan ook nooit een vreemd onderwerp geweest bij ons thuis. Ik heb het altijd al leuk gevonden om met bewoners te gaan wandelen of om ze te helpen met hun ontbijt. Het was iets wat ik altijd met plezier deed. Dus toen mijn moeder mijn zusje en mij neerzette op een avond om te praatten had ik niet verwacht dat ze zou vertellen dat ze het vermoedde had dat mijn vader op jonge leeftijd dementie zou hebben. De rede dat hij in de ziektewet kwam te zitten is omdat hij zijn werk niet meer volledig zelfstandig kon doen, ook werden er kleine fouten gemaakt die ongewoonlijk waren voor hem. Zijn werk dacht aan een depressie of een burn-out, mijn moeder dacht aan dementie en mijn vader wilde er niet aan geloven. 

Na dat gesprek begon ik meer te letten op mijn vader en langzaam merkte ik steeds meer kleine veranderingen. Hij liet steeds meer spulletjes slingeren in en om het huis, ondanks dat hij de enige is in het huis die alles altijd op orde heeft. Ook wanneer ik in halve zinnen tegen hem aan praatten was (wat ik wel eens vaker deed als ik ergens enthousiast over was) begreep hij mij steeds minder. Hij was nog steeds mijn vader. Hij maakte ook nog steeds zijn flauwe grapjes en bleef zo optimistisch mogelijk als het maar kon. Toch snapte ik wat mijn moeder bedoelde. Ik was als de dood dat hij dementie zou hebben en met de dagen die vooruit strekten werd ook de dementie voor mij bevestigd.

Nu was het de bedoeling dat mijn vader onderzoeken zou krijgen. Het eerste onderzoek zou in februari zijn, maar door de pandemie zouden vele onderzoeken naar achteren geschoven worden. Uiteindelijk was het eerste onderzoek rond maart. Als ik het mij goed herinner was het praktisch onderzoek om te kijken hoe hij reageerde op prikkels, maar het kon ook een hoofd scan zijn geweest. De eerste anderhalf jaar van corona en daarbij horende de onderzoeken zijn wazig. Sommige herinneringen springen er tussen uit andere zijn bedolven onder een hele hoop puin.

Het meeste wat me is bij gebleven is de constante spanning waarin het huis zich bevond. Mijn moeder moest nog steeds veelal werken en bleef ik thuis met mijn vader en zusje. Ik weet niet goed waarom, maar ik dacht dat mijn vader zelfs de kleinste dingetjes niet meer zelf kon doen. Ik probeerde alles uit zijn handen te nemen van de was doen tot stof zuigen tot een doekje over de tafel te halen. Dat leek mij de enige manier hoe ik controle kon houden over de situatie. Ik wist niet wat er ging gebeuren in die onderzoeken, ik had geen zeggenschap over wat er ging gebeuren. 

Volgens mij irriteerde ik mijn vader ook mateloos met het constant achter hem aan hollen. Als ik er nu aan terug denk moet ik enorm om lachen, want toentertijd kon hij alles zelf nog erg goed. 

De dagen dat mijn ouders terug kwamen van een uitslag in het ziekenhuis waren het allerergst. De hele dag bleef mijn zusje in haar kamer zitten totdat mijn ouders terug waren. Ik was daarentegen vaak in de woonkamer te vinden. Vaak liepen mijn ouders afzonderlijk van elkaar de tuin in met hun hoofd omlaag, dan wist ik al genoeg. Er was alweer niks uit het onderzoek gekomen.

2020 was een jaar waarin ik realiseerde dat niks meer het zelfde zou zijn als vroeger.